Bij ons begon het vaak al op zondagmiddag. “Moet ik morgen weer naar school?” Dan zag ik alweer op tegen de maandagochtend. Want als jij denkt dat je alles onder controle hebt; broodtrommel klaar, tas ingepakt, sleutels in de hand, alles geregeld. Dan komt het:
“Ik wil niet naar school.”
Voor veel ouders is dit een herkenbare zin, maar als je kind hoogbegaafd is, wordt dit moment vaak nog ingewikkelder. De intensiteit, de emoties en de spanning lopen hoog op. En jij als ouder staat daar, met tranen achter je ogen, terwijl je brein naarstig zoekt naar het antwoord op de vraag “Wat nu?” Moet je: boos worden, streng zijn, belonen, troosten?
In deze blog deel ik inzichten en praktische tips uit mijn podcastaflevering Hoogbegaafd Groeien #4: Als je hoogbegaafde kind niet naar school wil. Kleine veranderingen die een groot verschil kunnen maken, zowel voor je kind als voor jezelf.
Waarom “niet naar school willen” zoveel impact heeft
Voor een hoogbegaafd kind is school niet altijd een veilige of passende plek. Het kan zich vervelen, onbegrepen of eenzaam voelen. Wanneer jouw kind zegt dat het niet naar school wil, komt dat vaak met tranen, boosheid of angst.
Wat het nog moeilijker maakt: een groot deel van de oplossing ligt op school, buiten jouw invloed als ouder. Terwijl je zo graag zou willen helpen. Gelukkig zijn er wel dingen die jij thuis kunt doen om de spanning te verlichten en de verbinding te behouden.
Tip 1: Laat emoties er zijn
Veel ouders proberen emoties direct te verzachten: “Maar het is vandaag gym, dat vind je leuk.” Toch werkt dat vaak averechts. Je kind voelt zich niet serieus genomen en ervaart extra onbegrip.
Emoties willen niet opgelost worden. Ze willen gezien worden.
Ga naast je kind zitten, benoem wat je ziet: “Ik zie dat je echt geen zin hebt. Dat is heel naar.” Punt. Zonder meteen een oplossing of troost erbij te geven. Die erkenning alleen al maakt de emotie vaak kleiner en beter hanteerbaar.
Tip 2: Wens je kind “een fijne dag”
Op het schoolplein hoor je vaak: “Doe je best, goed luisteren, lief zijn.” Maar dat legt een prestatielijstje neer waar je kind extra druk van krijgt. Zeker als het naar school gaan al gepaard gaat met spanning.
Kies in plaats daarvan voor iets neutraals, zoals: “Ik wens je een fijne dag.” Daarmee laat je je kind voelen dat je er onvoorwaardelijk voor hem of haar bent, zonder extra ballast.
Tip 3: Zeg niet “Ik heb je gemist”
Veel ouders zeggen dit uit liefde na schooltijd. Maar voor een loyaal, gevoelig kind wordt dat extra bagage: niet alleen moeten ze hun eigen dag doorstaan, maar ook nog jouw verdriet dragen.
Vervang het door: “Wat fijn dat je er weer bent.” Dat is net zo warm en liefdevol, maar legt geen last bij je kind neer.
Tip 4: Onderzoek wat van jou is en wat van je kind
Je eigen ervaringen met school of ervaringen die je opdeed met een ouder kind, kunnen de spanning bij jou vergroten. Je kind voelt dat feilloos aan. Het is belangrijk om te onderscheiden: wat hoort bij mij en wat hoort bij die van mijn kind?
Door je kind niet te belasten met jouw emoties en zorgen als ouder, geef je je kind meer lucht en ruimte om hun eigen pad te lopen.
Kleine stappen maken een groot verschil
Niemand zegt dat dit makkelijk is. De emoties bij jou en je kind zijn intens. Maar juist door dagelijks kleine stapjes te zetten, zoals emoties erkennen, zorgvuldige woordkeuze en het bewustzijn van je eigen bagage, maak je de gang naar school makkelijker, voor je kind en voor jezelf.
En wees mild voor jezelf. Dit is geen proces van één dag, maar van oefenen, vallen en opstaan. Elke keer dat je het net iets anders doet, geef je je kind (en jezelf) een beetje meer rust.
Wil je meer horen over dit thema en mijn persoonlijke ervaringen?
Beluister de volledige aflevering van Hoogbegaafd Groeien: Als je hoogbegaafde kind niet naar school wil.
Reacties